De jonge schrijfster Nina Polak, waarvan we dit seizoen het boek Gebrek is een groot woord lezen, komt op donderdag 15 november op uitnodiging van de SLD naar Drenthe. In Theater VanSlag te Borger gaat onze boekbespreker Klaas van der Schaaf met haar in gesprek. De avond begint om 19,30 uur. Kaartverkoop via de website van VanSlag
Deze schrijversavond is open voor iedereen.
Recensie Trouw
'Gebrek is een groot woord' neemt je helemaal mee
Yolanda Entius–
Nina Polak
Gebrek is een groot woord
Prometheus; 240 blz.
€ 19,99
Soms wil ik, als ik een mooie voorstelling zie, meedoen: daar staan, in plaats van aan de kant. Iets dergelijks overkwam me bij ‘Gebrek is een groot woord’, de tweede roman van Nina Polak.
Dat ze een aardig potje kan schrijven bewees ze al met ‘We zullen niet te pletter slaan’, haar goed ontvangen debuut uit 2014. Maar waar het geheel daar, ondanks het sprankelende proza, nét niet van de grond kwam, neemt ze je in haar tweede roman ook op het niveau van plot, opbouw en thematiek, helemaal mee.
Nynke Nauta, bijnaam Skip, is nergens thuis. Ze schippert tussen drie werelden: die van de zee - Skip zeilt grote jachten voor hun eigenaars van A naar B; die van de gefortuneerde familie Zeno - vader Nicolà is architect, moeder Mascha actrice, zoon Juda briljant maar nu al (hij is 17) ook ‘zo veilig, verwend en verveeld dat hij zich van de weeromstuit is gaan interesseren voor waanzin, honger en leegte’; en een wereld in de kleuren van de armoede met ‘luifels en de schotelantennes grijs en vuil oranje’ aan gene zijde van de ‘vicieuze ring’, de Amsterdamse A10 dus.
Types zoals zijzelf
Mooi is dat, vooral ook omdat Skip een paar pagina’s eerder types zoals zijzelf omschrijft als ‘zeeclochards die rondjes draaien om de illusie van vooruitgang te behouden.’ Daar, in Nieuw-West, is ze opgegroeid, met alleen haar moeder, en toen deze stierf (en lees vooral het boek om te weten hoe dat ging), werd ze opgevangen door de Zeno’s.
Zo samengevat klinkt dat larmoyant en verschrikkelijk cliché, maar in handen van Polak komt een zoektocht naar asiel met een frisse pen tot leven en is de uitkomst ongewis. Daarbij komt dat haar personages nooit karikaturen worden. Ze zijn gelaagd en vallen, zonder aan geloofwaardigheid in te boeten, nooit helemaal samen met hun afkomst, genen of ideeën. Ze zijn méér dan dat. Skip eist dat recht ook op.
Als ze zichzelf in het zouteloze proza van haar ambitieuze minnaar Borg (hij schrijft) gereduceerd ziet tot een geval, weet ze dat hun wegen zullen, nee moeten, scheiden - ondanks de ‘wanhopige poging van Moeder Natuur’ om hen ‘blijvend te verbinden’. Misschien gaat Polaks roman daar nog wel ’t meeste over: de vrijheid tussen de mazen van (ogenschijnlijk) natuur- en sociale wetten te glippen.
Méér dan de gelauwerde actrice
Ook de zelfbewuste Mascha is méér dan de gelauwerde actrice die wel wat weg heeft van Arkadina uit ‘De meeuw’ van Tsjechov waarin ze speelt. “Haar blik is haar beroep, er gaan landschappen, weersomstandigheden en symfonieën in schuil”, en toch heeft ze de warmte die Skip nodig heeft.
Het is Mascha die ‘zeeclochard’ Skip haar tuinhuisje aanbiedt, gebouwd op de plek waar ooit het toneeltje van zoon Juda stond - een fraai beeld waarin een echo uit diezelfde ‘Meeuw’ doorklinkt.
Terug aan land (en o, hoe heerlijk hangen we al op de tweede pagina in vogelvlucht even boven Amsterdam, boven de ‘hele topografie van een voorbij leven’) beginnen we te begrijpen waarom Skip zeven jaar geleden het zeegat koos. Dat had veel, maar zeker niet uitsluitend, te maken met Borg en een uit de hand gelopen vrijpartij. Zij wilde niet. “Maar in zijn hoofd huilen als wolven vermomde ideeën.” Een scène die terugkomt in het voornoemde proza van Borg zelf. Vanuit een ander perspectief uiteraard. Waar Skip het nog waardeerde dat hij ‘zijn innerlijke wilde onder controle had (dat was de bruikbare helft van de waarheid)’ heeft hij haar, pardon Cleo, in zijn novelle op uitzonderlijke wijze klaargeneukt.
Veel wordt gesuggereerd
Voor wat er verder is gebeurd en welke koers Skip hierna gaat zetten, moet u bij Polak zijn. Veel wordt gesuggereerd en net niet helemaal verteld. Ook dat is mooi; het werkt.
Polak grossiert in heldere beelden, grappige oneliners en krachtige eyeopeners. Het blauwe bolletje van Google-Maps is een ‘drijvend planeetje’. De kracht van een gezin is dat er ‘altijd wel iemand is om je van je eigen misère af te leiden’. En als de ‘volledige vuiligheid’ van een situatie plotseling tot Skip doordringt slaan haar gedachten ‘plat tegen elkaar’. Ja, precies: zó kan dat voelen. Het is zo’n boek dat je ook had willen schrijven, ware het niet dat dat niet kan. Het is de kracht van een schrijver dat ze doet, wat alleen zíj kan.
Polak doet het.